De vlieger die
de nachtlucht
zichtbaar maakt,
een snelle schaduw
en een dans is,
de blauwe spiegel
van mijn ziel,
zingt fluisterend
mijn woorden weg
in wind.
Twee draden
brengen kracht omlaag
en bevestigen mijn voeten
aan de grond.
Even speel ik
het universum,
terwijl in mijn buik
een vlieger
vlindert.
Beluister dit gedicht in het Nederlands.
Stem: Leo van Zanen.
Ontdek dit gedicht in een minuut
De vlieger is een fascinerend object: hij zweeft op grote hoogte waardoor hij net een dansende schaduw lijkt. Vliegeren voelt alsof je even het universum bestuurt. Kunstenaar Kees Buurman beschilderde in de jaren 1990 vele exemplaren. In dit gedicht legt hij uit welk gevoel hij krijgt als hij vliegert: hij krijgt er vlinders van in zijn buik. Of, beter gezegd: vliegers!
Meer weten? Je kunt op deze website het gedicht beluisteren, je verdiepen in de totstandkoming en de maker en ontdekken wat Leidenaren ervan vinden.
Kees Buurman
Leiden 1933 - 1997
Hoewel Kees Buurman zijn vader zou opvolgen in de drukkerij, kwam hij er tijdens zijn opleiding in Amsterdam achter dat hij liever beeldend kunstenaar wilde worden. Hij volgde een kunstopleiding aan de Koninklijke Academie in Den Haag en keerde terug naar Leiden om daar een atelier te betrekken. Met succes: in de jaren 1970 nam de belangstelling voor zijn werk toe en hij exposeerde door het hele land, waaronder in het Stedelijk Museum in Amsterdam en Museum de Lakenhal in Leiden. Buurman maakte niet alleen kunst, hij was ook docent in het kunstonderwijs. Eerst in Leiden en later ook in Groningen en Kampen.
Oosterse invloed
Buurman raakte bijzonder geïnteresseerd in oosterse filosofie, en vond hierin inspiratie voor zijn kunst- en dichtwerk. In zijn eerste dichtbundel Een cirkel in het zand (1982) schreef Buurman haiku’s, een Japanse dichtvorm. Ook zijn hobby’s boogschieten en vliegeren kwamen terug in zijn werk. In de laatste jaren van zijn leven heeft Buurman vrijwel uitsluitend vliegers gemaakt 'om de hemel te beschilderen'.
Waar gaat dit gedicht over?
Kees Buurman schrijft in dit gedicht over een object dat hij erg fascinerend vond, de vlieger. In de laatste jaren van zijn leven ontwierp hij meerdere vliegers. 'Wat ik nu probeer is voorwerpen te maken die een normale gebruikswaarde hebben en deze op te laden met inhoud en een zeggingskracht', zei hij daarover. Ook maakte hij schilderijen waarin vliegers een rol speelden.
In dit gedicht beschrijft Buurman wat hij bijzonder vindt aan vliegeren. Een vlieger gaat zo hoog de lucht in, dat hij de nachtlucht zichtbaar kan maken. Hij ziet eruit als een dansend object door de bewegingen in de lucht. Er gaat zo’n kracht van uit dat de vliegeraar stevig met twee voeten op de grond komt te staan. Bij het besturen van een vlieger waan je je even als de bestuurder van het universum. Vliegeren geeft zo’n goed gevoel, dat je er vlinders in de buik van krijgt - 'terwijl in mijn buik een vlieger vlindert', zoals Buurman schrijft.
Ontstaan van dit gedicht
Rond 1980 begon kunstenaar Kees Buurman met het schrijven van gedichten. In 1982 verscheen zijn eerste dichtbundel Een cirkel in 't zand, gevolgd door de bundels Zonder een einde (1985) en Monnik en Krijger (1986). Buurman heeft ook gedichten geschreven die niet bij leven zijn gepubliceerd. Een aantal van die gedichten is in 2003 postuum gebundeld en uitgegeven onder de titel Adem bij de Leidse uitgeverij Kopwit. In deze bundel is ook het gedicht Vlieger (2) opgenomen. Het is qua vorm een opvallend gedicht, omdat Buurman meestal haiku’s schreef.
Ik heb een verhaal bij dit gedicht
Heeft dit gedicht een speciale betekenis voor jou? Herinner je nog wanneer je het voor het eerst hoorde bijvoorbeeld? Of ben je het ooit ergens onverwachts tegengekomen? Laat het ons weten op muurgedichten@taalmuseum.nl! We voegen jouw verhaal graag toe aan deze website.
Kees Buurman in Leiden
Foto: Anoesjka Minnaard
Kees Buurman heeft vrijwel zijn hele leven in Leiden gewoond en gewerkt. Voordat hij begon aan zijn professionele carrière als beeldend kunstenaar, was hij reeds lid van het Leidse tekengenootschap Ars Aemula Naturae – het tekengenootschap waar Jan Wolkers over schrijft in zijn roman Kort Amerikaans.
Buurman heeft later in zijn leven meermaals in Leiden zijn werk geëxposeerd, onder andere in het Sieboldhuis en Museum de Lakenhal. In 2000 wijdde De Lakenhal een overzichtstentoonstelling aan hem, tegelijkertijd met de komst van het muurgedicht. In Leiden zijn ook enkele kunstwerken van Buurman op muren te vinden.
Muurgedicht
Het muurgedicht Vlieger (2) is in oktober 2000 aangebracht op de zijmuur van Broekplein 2 in Leiden. Het was het 78e muurgedicht dat door Stichting TEGEN-BEELD werd gerealiseerd. Met dit muurgedicht wordt Kees Buurman geëerd als Leidse inwoner, dichter en kunstenaar. De grafische vormgeving van het gedicht is volledig in de stijl van Buurman, die gekenmerkt wordt door geometrische vormen en de combinatie zwart-wit.
Citaten
In mijn tweede jaar leerde ik de schilder Kees Buurman kennen. Ik kwam in zijn atelier – en dat veranderde mijn leven.
Kunstkenner Rudi Fuchs in NRC Handelsblad
Wist je dat?
- De Nederlandse ambassade in Beijing heeft meerdere etsen van Kees Buurman aan de muur hangen. Het zijn vijftig variaties van cirkels, vergelijkbaar met de grafische vormgeving van het muurgedicht.
The kite that makes
the night sky
visible,
that is a quick shadow
and a dance,
the blue mirror
of my soul,
whispers and sings
my words away
in wind.
Two threads
bring power down
and fasten my feet
to the ground.
For a moment, I play
the universe,
while in my stomach
a kite flutters
like a butterfly.
Translation: Emma Knapper
Meer weten?
Dit lemma is geschreven door het Taalmuseum in samenwerking met Nikki Spoelstra. De vertaling naar het Engels is gemaakt door Emma Knapper. Er is gebruik gemaakt van de volgende bronnen:
- “Biografie Kees Buurman” op de website van de Kees Buurman Stichting.
- “Over Kees Buurman” via deze website.
- Kees Buurman, Adem. Leiden: Kopwit, 2003.
- Lucette ter Borg, “Ik moet veel uit het raam kijken”, NRC Handelsblad, 28 mei 2016.