Het kind en ik
Ik zou een dag uit vissen,
ik voelde mij moedeloos.
Ik maakte tussen de lissen
met de hand een wak in het kroos.
Er steeg licht op van beneden
uit de zwarte spiegelgrond.
Ik zag een tuin onbetreden
en een kind dat daar stond.
Het stond aan zijn schrijftafel
te schrijven op een lei.
Het woord onder de griffel
herkende ik, was van mij.
Maar toen heeft het geschreven,
zonder haast en zonder schroom,
al wat ik van mijn leven
nog ooit te schrijven droom.
En telkens als ik even
knikte dat ik het wist,
liet hij het water beven
en het werd uitgewist.
Beluister dit gedicht in het Nederlands.
Stem: Leo van Zanen
Ontdek dit gedicht in een minuut
Al vanaf zijn debuut werd Martinus Nijhoff veel gelezen en geprezen, maar ook op middelbare leeftijd twijfelde hij nog over zijn kwaliteiten. Hij schaafde soms jaren aan een gedicht. Met enig verlangen keek hij terug op zijn jeugd, toen het leven nog simpel was en alles vanzelf leek te gaan. In dit gedicht beschrijft hij iets wat veel volwassenen ongetwijfeld herkennen: de zoektocht naar het kind in zichzelf.
Meer weten? Je kunt op deze website het gedicht beluisteren, je verdiepen in de totstandkoming en de maker en ontdekken wat Leidenaren ervan vinden.
Martinus Nijhoff
Den Haag 1894 - 1953
Martinus Nijhoff (roepnaam: Pom) kwam uit een uitgeversfamilie en kreeg de liefde voor het geschreven woord waarschijnlijk met de paplepel ingegoten. Hij begon op het gymnasium met dichten en bracht zijn eerste bundel uit toen hij 22 jaar was. Nijhoff studeerde Nederlands en rechten maar had daarna nooit een vaste baan; wel was hij zeer actief als schrijver. Naast gedichten schreef hij boeken, literaire kritieken, vertalingen en psalmberijmingen. Landelijk bekend werd hij mede door zijn ‘bijbelspelen’, toneelstukken waarin bijbelverhalen voor een groot publiek op de planken werden gebracht.
Taalgebruik
De gedichten van Martinus Nijhoff staan bekend om hun eenvoudige taal. Hij ging erg secuur te werk en sleutelde soms jaren aan een gedicht om het zo helder en concreet mogelijk te krijgen. Mede hierdoor bereikte hij een groot publiek, ook als hij moeilijke thema’s aansneed. Het hielp daarbij dat zijn gedichten meestal niet over zijn persoonlijke ervaringen gaan, maar dat iedereen zich erin kan herkennen. Deze aspecten maakten hem in zijn tijd een vernieuwend dichter, ook al liet hij zich inspireren door oudere tradities en koos hij vaak traditionele vormen zoals het sonnet.
Waar gaat dit gedicht over?
In Het kind en ik reflecteert Martinus Nijhoff op het dichterschap. Dat het niet eenvoudig was om de juiste woorden te vinden, wist hij uit eigen ervaring. Wat er op papier kwam voelde snel gekunsteld en stemde soms moedeloos. Ergens was dat vreemd, want Nijhoff was enorm belezen en goed op de hoogte van tradities, stromingen en ontwikkelingen in de literatuur. Maar hielp dat wel bij het dichten, of was al die kennis juist een belemmering om zich simpel, helder en kernachtig uit te drukken?
Het kind in jezelf
Tegenover het getob van de volwassen dichter plaats Nijhoff een kind. Dat is nog puur en ongerept en komt ‘zonder haast en schroom’ tot de mooiste taal en beste poëzie, ‘al wat ik nog te schrijven droom.’ Maar de afstand is onoverbrugbaar geworden, zo ontdekken we al snel. Terugkeren naar de zuiverheid van de jeugd is simpelweg onmogelijk, zo leren we in dit gedicht.
Moedeloos?
Toch lijkt de dichter nu niet meer zo moedeloos als aan het begin van het gedicht. De ‘gedachtenvisserij’ leidde weliswaar tot de kloof tussen jeugd en volwassenheid, maar bracht ook een troostende gedachte: ‘al wat ik nog te schrijven droom’, maakte eigenlijk al onderdeel van hem uit. De dichter hoefde het alleen nog te ontginnen.
Ontstaan van dit gedicht
Martinus Nijhoff was veertig jaar oud en al een bekende dichter toen hij in 1934 zijn derde bundel Nieuwe gedichten publiceerde, met daarin Het kind en ik. Toch vond hij het vak beoefenen niet altijd makkelijk en twijfelde hij vaak of hij wel de juiste woorden en onderwerpen vond. Hij vroeg daarom regelmatig bevriende Utrechtse kunstenaars zoals de schrijver Simon Vestdijk en kunstschilder Pyke Koch om advies. Zij stimuleerden en inspireerden hem, maar konden zijn twijfel niet geheel wegnemen. Nijhoff besloot zijn gedachten te vangen in dit gedicht.
Ik heb een verhaal bij dit gedicht
Heeft dit gedicht een speciale betekenis voor jou? Herinner je nog wanneer je het voor het eerst hoorde bijvoorbeeld? Of ben je het ooit ergens onverwachts tegengekomen? Laat het ons weten op muurgedichten@taalmuseum.nl! We voegen jouw verhaal graag toe aan deze website.
Martinus Nijhoff in Leiden
Foto Anoesjka Minnaard
Martinus Nijhoff heeft enige tijd in Leiden gewoond, aan de Nieuwe Mare 7, samen met zijn eerste vrouw Netty Wind en hun zoon Wouter Stephan. Hij maakte ook speciaal Leids werk. In 1930, schreef hij De Vliegende Hollander, een waterfeestspel voor het 71e Lustrum van het Leidsche Studenten Corps. Ook was hij in 1939 voorzitter van de hier gevestigde Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde.
Muurgedicht
Dit gedicht is sinds oktober 2002 in Leiden te vinden, aan de Formosastraat 33 en 48. Het was het 85e muurgedicht dat door Stichting TEGEN-BEELD werd gerealiseerd. De vormgeving is bijzonder: het is als een van de weinige muurgedichten verspreid over twee muren.
Citaten
‘Een gedicht bestaat niet alleen uit woorden, het bestaat uit woorden en hun stilte.’
Martinus Nijhoff
‘Lees maar, er staat niet wat er staat.’
Martinus Nijhoff
'Een dichter schreit niet.'
Martinus Nijhoff meende dat het de taak van de dichter was om bij anderen gevoelens op te roepen, in plaats van eigen emoties te delen.
Wist je dat?
- Dit is niet het enige gedicht waarin Nijhoff zijn verlangen uitsprak om ongerept kind te zijn. In zijn eerste twee bundels vormde dit ook een thema.
- Toen Martinus Nijhoff net was overleden, liet dichter Ida Gerhardt zich voor een in memoriamgedicht inspireren door Het kind en ik. Verwijzend naar dit gedicht schreef ze onder andere de zin 'de lei is volgeschreven'.
- Nijhoff was ook hij een vermaard vertaler van gedichten en toneelstukken. In 1953 werd de Martinus Nijhoff Prijs ingesteld, die jaarlijks wordt toegekend voor vertaalwerk in en uit het Nederlands.
- Martinus Nijhoff was tijdens de Tweede Wereldoorlog commandant van het 4e eskadron Huzaren-wielrijders, dat na de Duitse inval de opmars tussen Oosterbeek en Wageningen probeerde te stoppen. Nadat die poging was mislukt, werd hij actief in het verzet.
The Child and I
One day I went out to go fishing
I felt quite despondent.
I made between the irises
A hole in the duckweed with my hand.
From below arose a light
up from the obsidian ground.
I saw a garden untrodden
and a child stood there.
Standing by his writing desk
Writing on a piece of slate.
The word beneath the stylus
I recognized, was mine.
But then it had written,
without haste and without shame,
all I ever dream to write
in my entire life.
And every time I quickly
nodded that I knew,
he made the water tremble
and it was then erased.
Vertaling: Anne Oosthuizen
Meer weten?
Dit lemma is geschreven door Lianne Heslinga in samenwerking met het Taalmuseum. De vertaling naar het Engels is door Rianne Koene. Er is gebruik gemaakt van de volgende publicaties:
- Bokhove, Niels, Awaters spoor, Literaire omzwervingen door het Utrecht van Martinus Nijhoff (Amsterdam 2010)
- Brinkman, Martien E., Hun God de mijne? Over de God van Gerrit Achterberg, Hendrik Marsman, Martinus Nijhoff & Ida Gerhardt (Zoetermeer 2014)
- Reijmerink, Johan, Er steeg licht op van beneden. Vluchtige verschijningen in de poëzie van Martinus Nijhoff (Soesterberg 2011)
- Leiden Courant over Martinus Nijhoff
- KB.nl over Martinus Nijhoff
- Citaten.net
- Leiden Courant over Martinus Nijhoff
- Leiden Courant over Martinus Nijhoff
- Paasspel, geschreven door Nijhoff, opgevoerd in Leiden.
- In 1953 kreeg Nijhoff postuum de Constantijn Huygens prijs voor zijn hele oeuvre, in Leiden Courant.
- DBNL.org over Martinus Nijhoff
- Mathijs Vermeulen over Martinus Nijhoff
- DBNL.org over Martinus Nijhoff