De waterlelie
Ik heb de witte water-lelie lief,
daar die zo blank is en zo stil haar kroon
uitplooit in 't licht.
Rijzend uit donker-koele vijvergrond,
heeft zij het licht gevonden en ontsloot
toen blij het gouden hart.
Nu rust zij peinzend op het watervlak
en wenst niet meer...
Beluister dit gedicht in het Nederlands.
Stem: Lex van Iterson
Ontdek dit gedicht in een minuut
Frederik van Eeden was gefascineerd door waterlelies. Ze komen herhaaldelijk terug in zijn werk, sierden de kaft van zijn boeken en Van Eeden vernoemde er zijn huis naar. Wat maakte de waterbloem voor hem zo speciaal? In de waterlelie herkende Van Eeden perfectie, rust en zuiverheid. Ook leerde deze bloem volgens hem hoe je dat bereikte. Niet door rusteloos steeds nieuwe activiteiten te ondernemen, zoals hij zelf zo vaak deed. De waterlelie kwam onverstoorbaar uit de modder omhoog. Daarin zag Van Eeden een symbool: rust en zuiverheid bereik je van binnenuit, via bezinning en meditatie.
Meer weten? Je kunt op deze website het gedicht beluisteren, je verdiepen in de totstandkoming en de maker en ontdekken wat Leidenaren ervan vinden.
Frederik van Eeden
Haarlem 1860 - Bussum 1932
Psychiater, dichter, schrijver en wereldverbeteraar: Frederik van Eeden was het allemaal. Vanaf het eind van de negentiende eeuw was hij enkele decennia lang een van de bekendste Nederlandse intellectuelen. Zijn inspiratie kwam vaak van over de grens. Zo kwam hij in Frankrijk in aanraking met de psychotherapie en leerde hij in Engeland het socialisme kennen. Zijn liefde voor natuur, kunst en wetenschap kreeg hij al van huis uit mee.
Bekende Nederlander
Nog tijdens zijn studie medicijnen werd Van Eeden een bekende schrijver. Hij was redacteur van enkele toonaangevende tijdschriften en publiceerde daarin essays, verhalen en gedichten, die later vaak als boek of bundel verschenen. Toen hij als psychiater ging werken, bleef hij schrijven en publiceren.
Eigen stijl
Als student was Frederik van Eeden een van de Tachtigers, een groep jonge schrijvers die zich afzette tegen de literatuur en poëzie van de vorige generaties. Vervolgens sloeg hij een eigen richting in. Zo stichtte hij de zelfvoorzienende commune Walden, geïnspireerd door Henry Thoreau’s gelijknamige boek en raakte hij gefascineerd door spiritualiteit en religie. Van Eeden werd door tijdgenoten al gezien als excentriek en wereldvreemd.
Bekijk hier bewegend beeld van Van Eeden, twee jaar voor zijn dood.
Waar gaat dit gedicht over?
In De waterlelie beschrijft Frederik van Eeden de zoektocht naar volmaaktheid. Zelf dacht hij bij het schrijven waarschijnlijk vooral aan de ideale relatie tot vrouwen. Maar er zijn er ook critici die stellen dat de waterlelie symbool staat voor de ziel en dat het gedicht gaat over hoe men zichzelf ontplooit. De les die het gedicht biedt is in ieder geval helder: volmaaktheid ontstaat door zich te ontworstelen aan de modder, ofwel aan het lage - hartstochten, passies, driften. Die strijd is een innerlijke strijd.
Oosterse invloed
Het is veelzeggend dat het gedicht uiteindelijk verscheen in de bundel Van de passieloze lelie (1901). Volmaaktheid was volgens Van Eeden ‘passieloos’, ofwel beheerst. Hij liet zich inspireren door Oosterse filosofieën, zoals het Boeddhisme. Dat stelt dat al het lijden voortkomt uit verlangen, en dat men door zelfkennis hier bovenuit kan stijgen.
Ontstaan van dit gedicht
Na zijn afstuderen in 1886 trouwde Frederik van Eeden en vestigde hij zich als arts in Bussum. Rond die tijd schreef hij herhaaldelijk over waterlelies, waardoor ook wel gesproken wordt van ‘de waterlelieperiode’. Waarschijnlijk ging aan dit gedicht een recensie over het boek Een liefde van Lodewijk van Deyssel vooraf. Daarin werd volgens Van Eeden te plat over seks geschreven. Liefde, zo beargumenteerde Van Eeden, ging niet om ‘lage driften’ zoals seks en passie maar om het hogere. Dat legde hij uit aan de hand van een vergelijking met de waterlelie:
‘Gij kent de grote witte waterlelie, niet waar? Als ik aan een oever lig en naar hen zie - dan weet ik dat ze zijn opgestegen uit de zwarte, koele vijvergrond, zoekend het licht. Als nu iemand op die bloemen toegaat om hen te bezitten - en hij vat ze onder de bloem in het water aan, en hij trekt ze naar zich toe, dat ze diep onderaan losbreken met een zacht knappen - en er komt dan een lange, bruinige steel tevoorschijn, slap, nat en lam, - dan doet dat mij aan, alsof ik een lieve, schone vrouw een lange darm uit het blanke lijf zag halen.’
Feit of fictie
Een eerste versie van dit gedicht is te vinden in de kantlijn van een toneelstuk waar hij rond 1887 aan werkte, Winfried. Daarin komt een prostituee voor die door een weldoener geholpen wordt om ‘uit de modder omhoog’ te komen en weer respectabel te worden. Van Eeden baseerde zich daarbij op eigen ervaringen; hij had zelf in Parijs een prostituee geholpen om haar leven op orde te krijgen. Het gedicht ontstond dus in een periode waarin Frederik van Eeden zich afvroeg hoe hij zich tot vrouwen en seks moest verhouden.
Ik heb een verhaal bij dit gedicht
Heeft dit gedicht een speciale betekenis voor jou? Herinner je nog wanneer je het voor het eerst hoorde bijvoorbeeld? Of ben je het ooit ergens onverwachts tegengekomen? Laat het ons weten op muurgedichten@taalmuseum.nl! We voegen jouw verhaal graag toe aan deze website.
Frederik van Eeden in Leiden
Foto: Anoesjka Minnaard
De waterlelie schittert sinds 1994 op de muur van een flat aan de Valkenhorst 30 in de Merenwijk. Het was het 17e muurgedicht dat door Stichting TEGEN-BEELD in Leiden werd gerealiseerd. Het muurgedicht is een van de eerste met een illustratie als ondergrond. “We hebben die lelie erbij geschilderd omdat die muur zo ontzettend groot was en het gedicht maar een paar regels had”, aldus Jan Willem Bruins in 2005. Het gedicht werd in 2000 inspiratiebron voor vier andere gedichten in deze wijk (de Slaaghwijk). Jammer genoeg mist er een woord in de tweede regel. Tussen ‘blank’ en ‘en’ hoort het woord ‘is’ te staan. Dat dit niet hersteld is, heeft te maken met de hoogte van de flat.
Leiden heeft ook een Frederik van Eedenlaan. Die werd geopend in 1951. Rond die tijd nam de waardering voor Van Eeden toe en werden overal in Nederland straten naar hem vernoemd.
Frederik van Eeden en de Tachtigers
Frederik van Eeden was in zijn studietijd een van de Tachtigers, een groep jonge schrijvers en dichters. Zij verzetten zich tegen eerdere generaties, voor wie kunst vaak een bijdrage moest leveren aan de samenleving. Literatuur moest bijvoorbeeld de saamhorigheid bevorderen of inspireren tot een deugdzaam leven. De Tachtigers pleitten voor ‘kunst om de kunst zelf’, kunst die niet nuttig hoefde te zijn.
Frederik van Eeden was redacteur van De Nieuwe Gids, het lijfblad van de Tachtigers, maar koos na zijn studie steeds meer zijn eigen pad. Zijn voormalige geestverwanten hielden vast aan kunst als iets persoonlijks - Tachtiger Willem Kloos pleitte ooit voor literatuur als “de allerindividueelste expressie van de allerindividueelste emotie." Van Eeden zocht juist steeds meer naar wat mensen verbond. Op latere leeftijd trad hij bijvoorbeeld toe tot de katholieke kerk.
Citaten
De waterlelie van Frederik van Eeden is een loflied op een grootse, extatische, bijna onwereldse volmaaktheid.
Paul Claes
Wist je dat?
- Geïnspireerd door het socialisme stichtte Van Eeden in 1898 de socialistische tuinbouwkolonie Walden. Met behulp van zijn moeder die hem geld doneerde en later ook nog verscheidene leningen verstrekte, werd in Bussum een vrijplaats opgezet. Walden werd bewoond door intellectuelen en boeren. De kolonie deed ook dienst als rustoord voor psychiatrische patiënten van Van Eeden. Het huis waarin hij zelf woonde, noemde hij ‘De Lelie’. In 1907, negen jaar na de stichting, ging Walden failliet door zakelijk wanbeheer en verduistering door inwoners. Bekijk hier een rondleiding door de huidige bewoner.
- Bedacht Van Eeden dit gedicht helemaal zelf? In 1887, rond de tijd dat hij De waterlelie schreef, was hij eindredacteur van De Nieuwe Gids. Daarin werd een gedicht van Elize Knuttel-Fabius met dezelfde titel vernietigend besproken. Er zijn opvallende overeenkomsten, lees zelf maar:
De Waterlelie
Eenzaam op haar ranken stengel
Droomt een schoone witte lelie
In een'stillen waterplas
Aan haar voet het groen bekroosde,
Troebel, dichtbegroeid moeras.
Somtijds breekt het somber zwijgen
Van de nachtelijke stonden
't Rits'len van een vallend blad,
Hoort men langs den donkren oever
Schuiflen hagedis en pad.
Maar de witte waterlelie
Wiegelt droomend op haar stengel,
Blikkend naar den hemeltrans;
In haar kelk, den smetloos reinen,
Werpt de maan haar zilverglans.
The water-lily
I love the white, white water-lily,
it is so pale, its crown unfolds
so quietly in the light.
Rising from the cool dark of the pond,
it has found the light and opened up
its golden heart with joy.
Now, lost in thought, it rests on the surface,
its longing gone...
Translation: James Broadway
Die wasserlilie
Ich hab die weiße Wasserlilie lieb
weil sie so weiß ist und so still die Krone
faltet aus im Licht.
Steigend hinauf aus dunkel-kühlem Grund
hat sie das Licht gefunden und öffnete
erfreut das goldne Herz.
Nun ruht sie sinnend auf der Wasserfläche
und wünscht nichts mehr...
Vertaling: Jakob Hoepelman
Meer weten?
Dit lemma is geschreven door het Taalmuseum. De vertaling naar het Engels is gemaakt door Demi van de Wetering. Er is gebruik gemaakt van de volgende publicaties:
- Biografie Van Eeden op socialhistory.org
- Jan Fontijn, ‘Biografie en psychoanalyse: op zoek naar het karakter van Frederik van Eeden’, op ntvg.nl.
- Claes, Paul, ‘De waterlelie van Frederik van Eeden; een intertextuele lezing’, Spektator 1987, via DBNL.nl.
- Biografie Frederik van Eeden op Literatuurmuseum.nl
- Endt, O., Het festijn van tachtig (1990), via DBNL.nl