Aan mijn ziel
Zielsverwante van Ronsardelette
Liefste, zachtste,
allerliefste gastvrouw van mijn lichaam
Jij daalt daar zwak
bleek mager alleen af
in het kille Koninkrijk van de doden
Vaak eenvoudig zonder verwijten
van moord, gif of rancune
veracht gunsten en schatten
Zo door de gemeenschap begeerd
heengegaan heb ik gezegd: volg je geluk
verstoor niet mijn rust, ik slaap
Vertaling: Joyce de Jong
Beluister dit gedicht in het Frans.
Stem: Céline Zaepffel
Ontdek dit gedicht in een minuut
Op zijn doodsbed dicteert Pierre de Ronsard zijn laatste verzen. Hij is de beroemdste dichter van zijn generatie, zelfs het Franse koningshuis zal zijn begrafenis bezoeken. Dit gedicht is zijn laatste kans om zichzelf onsterfelijk te maken. Dus doet hij nog eenmaal wat hem roem opleverde: hij laat zich inspireren door klassieke voorbeelden en geeft daar zijn eigen draai aan. Het onderwerp, de naderende dood, ligt voor de hand. De Ronsard spreekt zijn ziel rechtstreeks aan, spottend en luchtig: hij wenst haar alle goeds, zolang hij zelf maar rustig in zijn graf mag blijven liggen.
Meer weten? Je kunt op deze website het gedicht beluisteren, je verdiepen in de totstandkoming en de maker en ontdekken wat Leidenaren ervan vinden.
Pierre de Ronsard
Couture-sur-Loir 1524 - La Riche 1585
De Ronsard was een Franse dichter uit de Renaissance. Door zijn tijdgenoten werd hij uitgeroepen tot ‘prince des poètes’, de prins onder de dichters. Hij was de aanvoerder van de dichtersgroep La Pléiade. Die bestond uit zeven jonge Franse dichters die samen de poëzie uit de klassieke oudheid nieuw leven wilden inblazen en verbeteren. Zij verkozen hierbij het Frans boven het Latijn. Liefde, natuur, mythologie en de oudheid zijn belangrijke thema's in hun werk.
Leven en dood
In het werk van Pierre de Ronsard is ook de dood een terugkerend thema. De Ronsard was enorm met onsterfelijkheid bezig, waarbij zelfs het graf een symbool van onsterfelijkheid was voor hem. Hij wilde de dood overwinnen, postume eer verwerven. Tot aan zijn dood was hij zeer productief. Letterlijk, want op zijn sterfbed dicteerde hij nog een aantal gedichten, waaronder À son âme.
Carrière
De Ronsard begon zijn carrière als secretaris en diplomaat aan het Franse hof maar moest daarmee stoppen omdat hij doof werd na een oorontsteking. Een diplomatieke carrière was niet langer mogelijk en zijn vader stuurde hem naar een klooster. Daar begon hij poëzie te schrijven. Hij won meerdere prijzen en lag goed bij het hof: bij zijn drukbezochte, officiële begrafenis in Parijs was het voltallig aanwezig.
Waar gaat dit gedicht over?
De titel van het gedicht betekent letterlijk ‘aan zijn ziel’, ofwel ze ziel van De Ronsard. Pierre de Ronsard ligt op zijn sterfbed en vraagt zich af waar zijn ‘kleine ziel, te gast in het lichaam, heen zal gaan nu zij koud, bleek en naakt is’. Het is een serieuze vraag, maar De Ronsard benadert de dood luchtig en speels. Hij gunt zijn ziel het allerbeste, als die hem verder maar rustig laat slapen.
Spel van klanken
Dat De Ronsard zich niet al te druk maakt over de naderende dood, blijkt ook uit de klanken van dit gedicht. Veel woorden eindigen op -ette (Amelette Ronsardelette, Mignonnelette doucelette,
foiblelette, maigrelette, seulette). Deze verkleinwoordjes zorgen ervoor dat het satirisch en spottend klinkt.
Geen angst voor de dood
Uit het gedicht klinkt dan ook geen angst voor een hiernamaals. De Ronsard was bij zijn studie van de oudheid in aanraking gekomen met het werk van de Griekse wijsgeer Epicurus (341 - 270 voor Christus), die stelde dat de dood niets anders was dan het uiteengaan van lichaam en ziel. Die gedachte klinkt door in dit gedicht, waarin De Ronsard met een kwinkslag afscheid neemt van zijn ziel. Het leest als de laatste woorden van iemand die zich verzoend heeft met het onvermijdelijke einde.
Ontstaan van dit gedicht
À son âme verscheen in 1586 en is het laatste gedicht in de laatste dichtbundel van Pierre de Ronsard, die toepasselijk Derniers vers (Laatste verzen) heet. Ronsard heeft de zes sonnetten en twee epitafen uit deze bundel op zijn sterfbed gedicteerd en het boek werd twee maanden na zijn dood uitgegeven.
De Ronsard was zeer belezen en had grote kennis van het werk van Griekse en Romeinse dichters. Het gedicht À son âme lijkt dan ook gebaseerd op het gedicht Animula vagula blandula, dat de Romeinse keizer Hadrianus op zijn sterfbed zou hebben geschreven in de zomer van 138 na Christus. Daarin nam hij afscheid van zijn ziel:
Zieltje, zwervertje, charmeurtje
gast en metgezel van mijn lichaam,
dat af moet dalen naar
donkere, kille en mistige oorden
daar zul je geen pret meer maken
Vertaling: Robert Prummel
Ik heb een verhaal bij dit gedicht
Heeft dit gedicht een speciale betekenis voor jou? Herinner je nog wanneer je het voor het eerst hoorde bijvoorbeeld? Of ben je het ooit ergens onverwachts tegengekomen? Laat het ons weten op muurgedichten@taalmuseum.nl! We voegen jouw verhaal graag toe aan deze website.
Pierre de Ronsard in Leiden
Foto Anoesjka Minnaard
Dit muurgedicht is sinds 1998 in Leiden te vinden, aan de Oostdwarsgracht 12. Het was het 60e muurgedicht dat Stichting TEGEN-BEELD realiseerde. Het was in eerste instantie aangebracht in lichte kleuren en pal op het zuiden waardoor het al snel vervaagde. In mei 2008 is het opnieuw aangebracht, op de hoek Oude Singel / Pelikaanstraat: op het oosten en in een minder kwetsbare kleur. De oorspronkelijke schildering is niet verwijderd, maar langzaam steeds verder verbleekt.
Citaten
Pierre de Ronsard est le plus mal connu de nos poètes inconnus.
Pierre de Ronsard is de grootste onbekende van onze onbekende dichters.
Ronsard-biograaf Gilbert Gadoffre schreef over hem dat hij de grootste onbekende van de onbekende dichters was. Bij leven was De Ronsard een erkend en gevierd dichter, maar in de volgende twee eeuwen raakte hij in vergetelheid. Een ironisch lot voor iemand die zo bezig was met herinnerd worden voor de eeuwigheid.
Wist je dat?
- Dit gedicht is meerdere malen op muziek gezet, onder andere door William Hawley, Raymond Moulaert en Maurice Ravel. Laatstgenoemde bracht zijn muzikale versie van het gedicht in 1924 in als bijdrage aan een speciale uitgave van de Revue musicale om het vierhonderdjarig jubileum van de geboorte van De Ronsard te vieren. Het pianostuk is minder dan drie minuten lang en het is het eenvoudigste nummer dat Ravel ooit schreef. Je kunt het met één hand spelen en daarom was het was een van zijn lievelingsnummers: je kon het immers spelen en roken tegelijk.
De Franse componist Ravel zette À son âme op muziek. Beluister het hier.
Poem to my soul
Poor dear wee soul, sweet
sleekit soul of poor wee Pierre,
sweetest inhabitant of my wee heap
of flesh and bone,
already you've begun to creep,
all frail and pale and wull from out my bed
down to the cold Kingdom of the Dead.
You are guileless, guiltless, rancourless,
distrusting favour and reward
thus envied by your petty peers.
I feel you seep
away from me, your carnal nest.
Goodbye, wee love, just keep
right on and don't disturb my rest.
I've gone to Sleep.
Translation: Anthony Weir
A son âme
Amelette Ronsardelette,
Mignonnelette doucelette,
Treschere hostesse de mon corps,
Tu descens là bas foiblelette,
Pasle, maigrelette, seulette,
Dans le froid Royaume des mors:
Toutesfois simple, sans remors
De meurtre, poison, ou rancune,
Méprisant faveurs et tresors
Tant enviez par la commune.
Passant, j'ay dit, suy ta fortune
Ne trouble mon repos, je dors.
Meer weten?
Dit lemma is geschreven door Angélique van Drunen in samenwerking met het Taalmuseum. De vertaling naar het Engels is door Demi van de Wetering. Er is gebruik gemaakt van de volgende publicaties:
- Lieder.net
- Library.Utoronto.ca over Pierre de Ronsard
- Hyperion-records.co.uk over Pierre de Ronsard
- UnJourunPoeme.fr over Pierre de Ronsard
- Geudensherman over Pierre de Ronsard
- PoemHunter.com over Pierre de Ronsard
- OeuvresDeRonsard.com
- P. Brunel, Histoire de la littérature française, du Moyen- ge au XVIIe siècle (Bordas 1986)
- The artist on the artist, Harry Guest via Google books